Slecht nieuws: het roofdiertje wordt steeds vaker in de stad waargenomen. Kort gelden huppelden er twee overdag in de Moesstraat.
Van 1854 tot 1986 zijn maar acht meldingen van steenmarters bekend in Nederland. Daarna werden ze steeds vaker gespot. En sinds een jaar of twintig zijn ze met opmars bezig . Ze wonen graag in de stad en bouwen nestjes en slaapplekken (en die stinken!) in schuren en kruipruimtes.
Moesstraat
Ze houden zich niet langer meer op in de landelijke buitenwijken, maar worden vlakbij het centrum gespot. In de Korrewegwijk, Rivierenbuurt en Tuinwijk bijvoorbeeld. En woensdag zag Sanni van Polen op klaarlichte avond twee steenmarters over de Moesstraat huppelen.
Een van de theorieën waarom de marter zo vaak in auto’s te vinden is, is dat er in autokabels visolie wordt gebruikt en daar is de steenmarter dol op.
Of er wat aan te doen is? Nee. De steenmarter is beschermd en er mag niet op het roofdier gejaagd worden. Geurtjes ophangen in het motorblok heeft ook geen nut. De steenmarter is zo vertrouwd geraakt met de mens dat het dier daar niet meer van schrikt.