Red de natuur door helemaal niks te doen aan het gazon

Paardenbloem, klaver, ereprijs en dovenetel: bijen en vlinders eten van die bloemen, maar mensen maaien ze vaak weg uit hun gazons. Natuurorganisaties roepen op om dat een maand niet te doen.

Een gazon hoor je in het voorjaar en de zomer zo’n beetje wekelijks te maaien. Het moet mooi groen zijn, en kort, en onkruid wil je er liever niet tussen. Zo denken de meeste mensen met een tuin, weet Pieter Kranenburg, die voor Stadsbeheer van de gemeente Groningen werkt – zo is hij zelf jaren geleden ook opgeleid, dus hij snapt het wel. ,,Maar voor de biodiversiteit moet het echt anders.’’

Natuurlijk maait Stadsbeheer nog wel, maar niet overal even vaak. De voetbal- en speelveldjes krijgen wekelijks een knipbeurt. Maar een groot gedeelte van het gras in Groningen – meer dan 176 voetbalvelden in totaal – wordt tot juni helemaal niet gemaaid en daarna slecht een keer in de vier à zes weken.

Groningen roept haar inwoners op om ook de grasmaaier te laten staan, minstens een maand, in navolging van de landelijke actie Maai Mei Niet. ,,Meedoen is heel makkelijk: je hoeft eigenlijk niks te doen’’, zegt Dominique van de Kamp van de stichting Steenbreek, één van de initiatiefnemers van de campagne. Of nou ja: bijna niks. ,,We vragen mensen wel om zich online aan te melden, en om in het laatste weekend van mei op één vierkante meter alle bloeiende bloemen te tellen.’’ Met die gegevens kan de ‘nectarscore’ van een tuin berekend worden – en daarmee de waarde voor bijen, vlinders en hommels.Die staan in Nederland namelijk zwaar onder druk. ,,Meer dan de helft van alle soorten staat op de Rode Lijst’’, weet Jaap Molenaar van de Bijenstichting. ,,Dat betekent dat ze erg achteruitgaan of zelfs bijna uitgestorven zijn. Het is heel belangrijk om ze meer voedsel te bieden, meer nectar en stuifmeel.’’

Het goede nieuws: laat je een grasveld een tijdje met rust, dan komt dat voedsel vrijwel vanzelf. ,,Planten zoals klaver, paardenbloem, dovenetel en ereprijs groeien van nature tussen gras’’, zegt Molenaar. De mate waarin verschilt een beetje per veld, afhankelijk van de grondsoort en het eerdere maaibeleid. ,,Maar er komt altijd wat op’’, benadrukt Molenaar. ,,Klaver en madelief heb je heel snel.’’

En kleine veldjes kunnen een groot verschil maken, bleek vorig jaar al toen de Bijenstichting en Steenbreek voor het eerst een Maai Mei Niet-oproep deden. Er deden toen 700 mensen mee; de opgetelde nectarscore van hun ongemaaide gazons bleek genoeg te zijn om 900.000 bijen van eten te voorzien. Voor dit jaar staat de teller op ruim 900 deelnemers.

Uit: DvhN d.d. 1-5-2023, tekst: Thereza Langeler


Geplaatst

in